Dit keer een gesprek met een van onze trainers, Renske Boogaard, verpleegkundig consulent palliatieve zorg, verbonden aan de Lelie Zorggroep en aan het Netwerk Palliatieve Zorg Rotterdam & Omstreken. We vroegen haar onder andere naar wat haar geïnspireerd heeft om in de palliatieve zorg te gaan werken en wat haar visie is op de toekomst van palliatieve zorg.
Wat heeft je geïnspireerd om te werken in de palliatieve zorg en om uiteindelijk trainer te worden bij FiniVita?
Toen ik in mijn opleidingsziekenhuis werkte had ik al veel interesse in de oncologie. En toen ben ik vanuit het opleidingsziekenhuis de opleiding voor werken in maatschappelijke gezondheidszorg gaan doen. Dus ik wilde opgeleid worden tot wijkverpleegkundige. Toen ik daarmee klaar was dacht ik nou moet ik toch eerst zorgen dat ik binnen die oncologie iets doe, dus toen ben ik naar de Daniel de Hoed kliniek gegaan. Daarna heb ik in de thuiszorg gewerkt en van daaruit naar de specialistische thuiszorg. En daar kwamen we veel ziekenhuisvervangende verplaatste zorg tegen, dat ging zo van lieverlee richting palliatieve zorg. Ik denk dat ik me niet zo bewust was van het feit dat ik palliatieve zorg verleende. Maar wel dat ik uiteindelijk merkte dat we heel veel aanvragen kregen voor symptoombestrijding en achteraf gezien veel in de laatste levensfase. En dat heb ik een aantal jaren gedaan. En toen heb ik de overstap gemaakt naar mijn huidige functie, waarin de kaders eigenlijk palliatieve zorg zijn. Vanuit de kennis die ik onder andere door mijn werkervaring heb opgedaan ben ik toen gevraagd of ik docent wilde worden bij, toen nog, Leerhuizen Palliatieve Zorg. Dat is nu zo’n vijftien jaar geleden. Zo ben ik er eigenlijk ingevlogen als het ware.
Zou je ons een voor jou betekenisvol moment willen delen vanuit je ervaring in de palliatieve zorg?
Ik verleen nu geen directe patiëntenzorg meer, daar haalde ik destijds wel veel voldoening uit. Mensen kunnen heel dankbaar zijn. En dan is altijd de kunst om dat door te trekken naar het team, je handelt niet alleen als solist, maar vooral samen.
Inmiddels heb ik ook ontdekt dat je van betekenis kunt zijn in de zorg voor de zorgenden en door met het team mee te denken over het zorgproces. Soms kan een helicopterview helpen bij ingewikkelde casuïstiek. Dan doen we binnen Lelie Zorggroep actief door het aanbieden van bijvoorbeeld een ‘CURA- moment’. Met deze methode krijg je zicht op wat er goed gaat of wat je nog aan je zorgverlening kan toevoegen. Samen reflecteren op ervaringen uit de praktijk, dat is echt van meerwaarde.
Wat is voor jou een waardevol inzicht geweest in de palliatieve zorg?
Eigenlijk ben ik een beetje door Frans Baar en Kees Goedhart geschoold in de palliatieve zorg.
Wat mij heel erg bijgebleven is en wat ik ook probeer mee te nemen in contacten met anderen is blijven kijken naar zowel de feiten, als beleving en betekenis. Hier probeer ik echt gestalte aan te geven en probeer dat ook door te geven aan collega’s. Wat is nou de betekenis die mensen aan de feiten en hun beleving daarvan geven.
Wat zijn enkele van de belangrijkste uitdagingen waarmee mensen worden geconfronteerd bij het bieden van palliatieve zorg en wat kan scholing bieden om hiermee om te gaan?
Nou ja, één van de grootste uitdagingen is denk ik het item tijd, vooral door schaarste. Maar bijvoorbeeld in de thuiszorg ook wel de registratielast. Alles moet geregistreerd worden. Je moet opletten met gesprekken, je gaat al snel over je tijd heen. Dat zijn denk ik uitdagingen waar we ook niet 1, 2, 3 een oplossing voor hebben.
Aan de andere kant vind ik het een uitdaging om in contact met zorgverleners de nadruk te leggen op: Als je toch iemand verzorgt, hoe kijk je dan? Met de kennis en kunde die je krijgt vanuit de scholingen in de palliatieve zorg, kun je denk ik wel iets toevoegen. En dan kom ik ook wel een beetje terug op wat misschien wel voor iemand als in de eerste instantie lastig is. Wat zijn nou de feiten en wat is de beleving en de betekenis daarvan? We zijn soms wel heel erg geneigd om alleen in te gaan op de feiten. De kunst is om dan even stil te staan bij wat dit betekent en dat hoeft geen minuten te kosten. Alleen al bewust zijn van wat de ander beleeft in wat hij of zij doormaakt is al van meerwaarde.
Ook reflectie op je eigen normen en waarden hoort daarbij. Soms botst dat wat de ander van waarde vindt met je eigen gevoel. En dat mag er ook zijn, zolang je je er maar bewust van bent.
In de palliatieve zorg benoemen we heel sterk de vier domeinen van het mens zijn. Als het goed is leer je kijken vanuit al deze domeinen in alle zorgverlening die je biedt. Zingeving is daarvan een hele belangrijke. Mensen kunnen erg tobben over wat ze doormaken. Deze zorgen kunnen ook heel praktisch van aard zijn, zoals de financiën. Wat we veel zien in het hospice zijn cliënten die problemen ervaren op sociaal gebied, door bijvoorbeeld verbroken relaties of andere oorzaken. Soms is er dan een verlangen om het contact te herstellen, wat helaas dan niet altijd meer lukt.
Kun je ons iets vertellen over de scholingen die je geeft bij FinaVita? Wat kunnen de deelnemers verwachten?
De meeste scholingen die ik heb mogen geven betroffen de Basisscholing Palliatieve Zorg voor niveau 3-4. Daarnaast heb ik meegewerkt aan de ontwikkeling van de Basisscholing Palliatieve Zorg voor niveau 2. Verder zijn er verschillende workshops waar ik bij betrokken ben, zoals de workshop werken met meetinstrumenten in de palliatieve zorg. En een ontwikkeling die heel erg actueel is: de workshop over bewust stoppen met eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen.
Mensen kunnen vooral de verdieping verwachten denk ik. Een stukje kennis, maar vooral ook het met elkaar delen van wat het thema bij je oproept. Wanneer je werkzaam bent in een hospice, kan het overlijden van zo’n 50 mensen per jaar – of bij een groot hospice mogelijk zelfs 200 mensen – een grote impact op je hebben. In de thuiszorg kan de sociale context complex zijn en van invloed zijn op de zorgverlening, zoals familie die andere opvattingen heeft van wat goede zorg is dan jij. Daarin kunnen we denk ik heel veel van elkaar leren. Het is niet zo dat ik als trainer nu vertel hoe het dan zit, maar vooral mensen uitnodig om dat met elkaar te delen.
Hoe zie je de toekomst van de palliatieve zorg? Zijn er ontwikkelingen of trends die je opmerkt die de manier waarop we palliatieve zorg benaderen veranderen?
Een goede ontwikkeling die ik zie is de aandacht voor de niet-oncologische aandoeningen, zoals bijvoorbeeld orgaanfalen. Maar ook dat de opvatting van palliatieve zorg breder wordt getrokken, zoals voor mensen met dementie. Dat is een waardevol maatschappelijk inzicht dat in de afgelopen jaren is ontstaan. Zelf ben ik ook bij diverse projecten betrokken, zoals de palliatieve zorg voor mensen die dak – en thuisloos zijn. Landelijk gezien zijn er veel ontwikkelingen, de tijd van pionieren lijkt al een aantal jaar voorbij. Er is veel landelijke samenwerking ontstaan van organisaties die bijvoorbeeld samenkomen in bijvoorbeeld PZNL. Verder zie je meer ondersteuning in bijvoorbeeld het aanbod van richtlijnen en handreikingen in de palliatieve zorg.
De publiekscampagnes dragen daar ook aan bij, er wordt meer bewustwording gecreëerd over wat palliatieve zorg is en men wordt aangemoedigd na te denken over wat men zelf al kan bespreken of regelen. Er is veel mogelijk, tegelijk blijft de schaarste op de werkvloer zichtbaar. Het blijft voor FiniVita een kunst om op deze ontwikkelingen en realiteit te blijven aansluiten.
Hoe hoop je als deskundige in de palliatieve zorg en als docent bij FiniVita bij te dragen aan het verbeteren van de kwaliteit van leven van mensen in de palliatieve fase en hun dierbaren?
Dat doe ik door mijn collega’s toe te rusten, er te zijn voor hen en in nauw contact te staan met de zorgverleners die met hun voeten in de klei staan. Ook wil ik graag mijn kennis en ervaring die ik heb opgedaan doorgeven aan de collega’s op de werkvloer en de collega-trainers bij FiniVita.
Hartelijk dank voor dit interview Renske!
Florentine Geluk in gesprek met Renske Boogaard, april 2024.